Contractwerkers in Afghanistan

Terwijl een jonge vrouw met lang gebleekt haar en een zwarte spijkerbroek die op scheuren staat paaldanst zonder paal, kust een forse Amerikaan ter kennismaking de hand van de journalist. De nacht is nog jong in de Martini, Afghanistans enige nachtclub. Zijn collega Jack, een potige Texaan met een baard en een baseballpet, roept boven de beat uit: ‘Irak en Afghanistan zijn mijn tweede thuis. Ik houd van gevaar.’ Hij kijkt erbij alsof hij zojuist de lotto heeft gewonnen.

Jack en zijn collega’s rijden en bewaken de trucks die brandstof en andere goederen leveren aan de ruim vierhonderd Amerikaanse en NAVO-bases. Jack is zwijgzaam over de details van zijn gevaarlijke werk, maar hij wil nog wel kwijt dat zijn bedrijf voor vijftienduizend dollar per maand een villa in Kabul huurt. ‘Met een jacuzzi.’ Poppy palaces heten die woningen met spiegelende ruiten en pompeuze balkons in de volksmond, omdat de meeste Afghaanse eigenaren hun geld met handel in...