In brandhaard Congo ligt Nationaal Park Virunga. Gewapende milities, olieboringen: de schatkamer vol berggorilla’s wordt van alle kanten bedreigd.

In het diepst van de Congolese jungle is de begroeiing zo dicht dat ranger Bosco, een paar passen voor ons, steeds bijna uit het zicht verdwijnt. Op een open plek houdt hij plotseling stil. Verder het bos in zijn de bladeren platgetrapt en loopt een spoor van afgebroken bamboestengels.

Bosco snelt op zijn rubberlaarzen vooruit, we volgen in zijn kielzog. Ineens klinkt er een oorverdovend gekraak, hoog in de bomen slingeren twee zwarte haarbollen van tak naar tak. Dan rijst uit de struiken, nog geen tien meter van ons vandaan, een reusachtige gestalte op: de silverback, het hoofd van de familie. Even kijkt hij op in de richting van het bezoek, dan laat hij zich weer in het gras vallen. De expeditie is volbracht. Voor heel even zijn we, midden in Oost-Congo, thuis bij de gorilla’s. Als om dat idee kracht bij te zetten, laat vader...