Uit het leven

Maarten Sikking, op 6 mei op eenenzestigjarige leeftijd in zijn woonplaats Lovina op Bali overleden, was de legendarische keeper van het Nederlands hockeyelftal die in 1973 tijdens de zinderende WK-finale tegen India – live en zwart-wit op de tv – onhoudbare strafballen tegenhield en Nederland voor het eerst wereldkampioen maakte. De Indiërs spraken over ‘de magische tijger’. Sikking speelde 127 interlandwedstrijden, maar was met zijn gouden krullen, zijn witleren jekker en witte provofiets of brommer een buitenbeentje in de keurige hockeywereld. Hij heeft zich daar ook nooit echt thuis gevoeld. Hij was een Brabants lefgozertje, ijdel en ambitieus, de lieveling van het publiek, en hij trouwde het mooiste meisje van Eindhoven.

Maarten genoot van de roem en wist als financieel adviseur die faam te verzilveren. Hij werd de eerste hockeymiljonair, maar gaf zijn centen ook weer even gemakkelijk weg aan mensen die het, dacht hij, beter konden gebruiken. Hij was rusteloos...