Uit het leven

Hendrik ten Hoeve, op 13 december op 64-jarige leeftijd overleden, was de geliefde onderwijzer op de christelijke school, het eigenwijze PvdA-raadsdlid wiens broek eens scheurde toen hij boos naar het spreekgestoelte liep, de bezeten verzamelaar van stedelijke curiosa en de stadsverteller met de mooiste en meest pikante verhalen. Als geen ander kon hij vertellen hoe de patriotten na de komst van de Fransen in 1795 in de grafkelder van de Grote Kerk gingen voetballen met de schedels van de Nassaus en hoe Mata Hari paste in de traditie van Leeuwarden als indertijd de meest zedeloze stad van het land. Afgelopen week is hij – zeer uitzonderlijk – postuum benoemd tot ereburger. Het Historisch Centrum heeft een tentoonstelling aan hem gewijd in een zaal die ook nog eens is omgedoopt tot de Hendrik ten Hoevezaal. Hij reed rond in een oude felrode jeep, maar zat, met baard en baret, liever op de fiets. En toen dat om gezondheidsredenen niet meer kon, liet ‘de reus op zwarte...