Interview / Kinderpsychiater Rutger Jan van der Gaag

De jonge man aan de andere kant van de tafel schuift een brief naar hem toe. Een minuut eerder is hij in een vloed van welbespraakte grappen de spreekkamer binnengewandeld. ‘Ik heb graag dat je dit leest, vóór we in een gesprek verzanden,’ zegt hij tegen de psychiater. Rutger Jan van der Gaag bekijkt het epistel van twee kantjes. Af en toe werpt hij een blik op de jongen tegenover hem. ‘Ik voel me een oude man met een wandelstok,’ heeft die op het papier gezet. Overal voelt hij pijn, zijn spieren blijven maar trillen, de eenzaamheid knaagt. ‘Ik wacht totdat het licht uitgaat,’ staat er onder aan het blaadje. ‘Het liefste zou ik verdwijnen in het niets, oplossen als waterdamp om nooit meer te verschijnen.’

Ziehier de onzichtbare handicap, zegt de psychiater droogjes, als hij zijn patiënt heeft uitgelaten. De autistische jongen raakte al eerder in een ernstige depressie. ‘Hij heeft een geheugen dat niets vergeet, hij wordt...