1. In 1988 speelden ze klaar wat dit jaar alleen nog rondspookt in onze dromen: de EK-winst. Uit het archief: de spelers die in München Europees kampioen werden vlak na het toernooi aan het woord. Marco: ‘Ik dacht: laat ik maar uithalen, want als ik ga aannemen en draaien, daar word je alleen maar moe van.’

Michels had het er het eerst over. De momenten. ‘Voetbal,’ zei de winnende coach, ‘is een spel van momenten. Een wedstrijd kan beslist worden door twee of drie momenten. Kijk naar de wedstrijd tegen Ierland: de kopbal van McGrath komt op de paal, die van Kieft gaat erin. Die momenten zorgden ervoor dat wij naar de halve finale gingen en zij niet.’

Hans van Breukelen stond in het middelpunt van de belangstelling bij de penalty’s van West-Duitsland en Rusland waarvan hij de laatste onnodig zelf veroorzaakt had, zoals hem eerder met PSV tegen de Madrileen Hugo Sanchez ook al was overkomen.

Die penalty van de Russen, was dat jouw grootste moment?
Van Breukelen: ‘Die penalty was helemaal niet terecht. Ik heb die jongen echt niet aangeraakt, ik heb die bal bewust corner getikt. Dat Vautrot hem op de stip legde vond ik ongelooflijk absurd. Toch was dat voor mij niet hét moment van het toernooi. Dat was toch die goal van Rats. Daar baalde ik op dat moment vreselijk van. Hij had ook een beetje mazzel natuurlijk. Hij raakte die bal precies goed en hij vliegt als een streep naar de hoek. Ik zat er dicht bij, voelde de bal onder mijn hand doorgaan.’

Die penalty in de finale was jouw schuld. Het zag er nogal ongecontroleerd uit. Je had beter in je doel kunnen blijven.
‘Ja, er waren ook spelers die dat vonden. Sommigen begonnen te gebaren en te schreeuwen. Terecht, terecht, dat zijn de emoties binnen een wedstrijd en dan word ik alleen maar kwaad omdat-ie zo onterecht was.’

In de wedstrijd tegen West-Duitsland stond je de op de grond liggende Matthäus stijf te kankeren. Wat zei je precies tegen hem?
‘Dat kan ik beter niet zeggen, want dan staat het morgen met koeieletters in Bild. Ik moet in dit wereldje nog langer mee. Bovendien moeten we in het najaar alweer tegen de Duitsers voor de WK- kwalificatie.’

Rechtsback Van Aerle deed zijn werk zoals altijd: nuttig, brekend, schavend, veel meters makend en een plaag voor iedere buitenspeler. Van Aerle: ‘Hét moment van het toernooi was voor mij natuurlijk de tweede goal van Marco in de finale. Onvoorstelbaar schitterend.’

In de wedstrijd tegen Duitsland trok je de geblesseerde Völler aan zijn haren.
Van Aerle: ‘Trok ik hem aan de haren? Dat kan ik me niet herinneren. Ik aaide hem over zijn bol. Ik heb hem niet aan zijn haren getrokken.’

Nee?
‘Welnee. Ik aaide hem over zijn bol en hij werd kwaad. Ik snap ook niet waarom. Hij reageerde nogal vreemd, sprong ineens overeind om achter me aan te komen, maar toen Ronald hem tegenhield liet hij zich gelijk weer vallen en ging liggen kronkelen. Raar gedrag vond ik dat.’

Die penalty in de finale was jouw schuld. Het zag er nogal ongecontroleerd uit. Je had beter in je doel kunnen blijven.

Vrije verdediger Ronald Koeman dwong alleen in de openingswedstrijd Dassajev twee keer tot flitsende reflexen. In het duel met West-Duitsland haalde hij wel zijn topniveau, legde ballen over vijftig meter precies neer waar hij ze hebben wilde en scoorde ook nog eens de gelijkmaker uit een strafschop. Koeman: ‘Die strafschop was voor mij persoonlijk het hoogtepunt van het toernooi. Omdat het zo verschrikkelijk moeilijk is op zo’n moment. Als-ie wordt gemist ben je uitgeschakeld of je krijgt een vreselijke dreun die je niet meer te boven komt. Dat zag je in de finale bij de Russen. Als zij die strafschop hadden benut hadden wij het nog enorm moeilijk gekregen. Nu was het gebeurd met ze.’

Hoe bang was je toen je die strafschop moest nemen?
‘Als ik bang was geweest, had ik hem niet genomen. Dan had Marco het gedaan, die was stand-in bij de strafschoppen. Ik voelde me op dat moment vrij zeker van mezelf, net als in Stuttgart tegen Benfica. Als je je zo voelt moet je die verantwoording ook nemen, dan moet je maar laten zien dat je een goede bent.’

Met schieten was je op dit toernooi niet zo’n goede.
‘Nee, dat is gek. Normaal is het toch mijn grootste kracht. Ik heb er ook geen verklaring voor waarom de schoten onder de maat bleven.’

Wat was je beste schot?
‘Het schot tegen Immel, tegen de Duitsers, dat net over ging. En die twee tegen de Russen in de eerste wedstrijd. Ze waren niet echt goed in de hoek maar Dassajev pakte ze goed. Het waren niet alleen de schoten die er niet uit kwamen bij mij, ik heb voor mijn gevoel helemaal niet zo goed gespeeld als ik me voorgesteld had.’

Een ander moment om niet te vergeten was de bal die je tegen Engeland achter op je hoofd kreeg waarna Lineker voor een leeg doel op de paal schoot.
‘Gelukkig kwam er geen goal uit, want zo’n ongelukkige bal kan beslissend zijn voor de afloop van een wedstrijd of van een toernooi. Wat dat betreft heeft Michels dus helemaal gelijk: voetbal is inderdaad een spel van momenten.’

Het oorspronkelijke artikel in Vrij Nederland.

Dé grote revelatie van het toernooi was Frank Rijkaard die Lineker, Völler en Protassov uitschakelde. Rijkaard: ‘De acties die mij het meest voor de geest staan zijn gewoon alle doelpunten van Marco en dat van Ruud in de finale. Fantastisch vond ik dat voor hem. Hij heeft het hele toernooi goed gepresteerd maar het is fijn dat hij dat op de valreep nog met een doelpunt heeft kunnen onderstrepen.’

Een moment van jou: die strafschop tegen Duitsland.
Rijkaard: ‘Daar sta ik niet zo bij stil. Strafschoppen kunnen vallen in een wedstrijd. We hebben die wedstrijd gewonnen en dat is voor mij het enige dat telt. Ik vond hem trouwens niet terecht, die strafschop. Ik heb alleen een beweging naar de bal gemaakt en Klinsmann liet zich overdreven vallen.’

Je was de meest constante Nederlander en menigeen zag in jou de ster van het toernooi.
Rijkaard: ‘Ik heb zeker geen foutloos toernooi gespeeld. De ene wedstrijd was beter dan de andere. Ik ben niet zo tevreden dat ik zeg: fantastisch. Dat viel wel mee. Ik vond de beide wedstrijden tegen Rusland het beste gaan.’

In de wedstrijd tegen Engeland zou je voorafgaand aan het eerste doelpunt een overtreding op Lineker gemaakt hebben waarna Gullit kon uitbreken en Van Basten kon bedienen.
‘Ja. Lineker kreeg de bal aangespeeld en ik maakte van achteren een schoppende beweging. Maar wel naar de bal. Er zat ook wel een stukje voet van Lineker tussen maar ik speelde wel degelijk de bal. Die kwam toen terecht bij Ruud, die er gelijk als een stoomtrein vandoor ging. Dat was inderdaad een belangrijk moment, we kwamen er door op 1-0.’

Je zat zelf aan het eind van de finale ook op een doelpunt te loeren, hè?
‘Ja, maar ik niet alleen. Iedereen wil een doelpunt maken. Daar loop je voor. Daarvoor doe je je best. Het is niet gelukt, maar dat is niet zo belangrijk.’

Adrie van Tiggelen: ‘Die tweede goal van Marco tegen Rusland vergeet ik nooit meer. Het was ook mijn belangrijkste persoonlijke actie. De aanval begon bij mij. Ik kwam vóór Belanov, kon doorgaan, passte de bal op Arnold en die geeft de voorzet op Van Basten.’

Shirtjes

Wat wij een opvallend moment vonden was dat je na de wedstrijd tegen Ierland als enige in je oranje shirtje bleef lopen. Al de anderen liepen met Ierse shirtjes aan.
‘Dat kwam omdat ik van een eerdere gelegenheid al een Iers shirtje had. Ik zat er niet zo op te wachten.’

Je Ierse tegenstander zat blijkbaar ook niet om jouw shirtje te springen.
‘Later in de kleedkamer heb ik toch nog gewisseld hoor.’

Gullit wordt altijd bestormd. Iedereen wil zijn shirtje.
‘Ik ben geen Gullit natuurlijk. Bij mij blijft het bij het ruilen met mijn directe tegenstander. Nee, je moet me niet met Gullit vergelijken.’

Rechts op het middenveld speelde Gerald Vanenburg een degelijk toernooi. Tegen Duitsland redde hij kort voor tijd de winst voor Nederland door een indraaiende corner van Littbarski bij de eerste paal uit het doel te koppen.

Vanenburg: ‘Dat was mijn mooiste moment, of beter gezegd: het belangrijkste moment. Als je me vraagt naar mijn lekkerste individuele actie is dat moeilijk omdat ik niet gescoord heb. Maar ik moet zeggen: ik had een heerlijk gevoel na Van Bastens doelpunt tegen de Russen. Toen was ik helemaal dol. Tegen de Duitsers na afloop idem dito. Dat schot van mij tegen de Ieren, dat was ook een moment. Maar een klotemoment omdat- ie net over ging. Niet zozeer klote voor mij maar voor het team. Voor de ploeg was het belangrijk geweest dat-ie er in was gegaan.’

Tegen de Duitsers speelde je Borowka door de benen.
‘Ja, maar dat was niet moeilijk. Die had het poortje wagenwijd open staan. Dat kon niet missen.’

Michels heeft je er twee keer uitgehaald. Heb je hem nog opgetild net als de meeste anderen?
‘Ja hoor, na de finale. Maar niet te lang. Daar ben ik toch niet echt op gebouwd.’

Die twee gele kaarten die je kreeg, waren dat ook hoogtepunten?

Direct na de gewonnen finale werd aan Rinus Michels de vraag gesteld aan welke spelers de titel in eerste instantie te danken was. Michels’ antwoord begon volgens verwachting (‘Van Basten, Gullit, Rijkaard’), maar eindigde, zeker voor de buitenlandse toehoorders verrassend: ‘Als we Jan Wouters niet bij ons hadden gehad had ik hier nu niet zo gezeten.’ Jan Wouters, tot kort voor het EK nog allerminst zeker van een basisplaats, groeide tijdens het toernooi uit tot de grote voorganger in de strijd, tot de man die steeds opnieuw het teken gaf als er geknokt diende te worden. Maar hij was ook degene die Marco van Basten met een listig passje in staat stelde de ‘wraak’ op Duitsland te vervolmaken.

Wouters: ‘Die bal op Marco was natuurlijk mijn beste actie. Andere hoogtepunten waren mijn lob in de eerste wedstrijd tegen Rusland, de lob tegen Engeland en een schot tegen Duitsland met links dat net naast ging.’

Die twee gele kaarten die je kreeg, waren dat ook hoogtepunten?
‘Die staan me niet meer bij.’

Het is wel een kwaliteit die in jou geprezen wordt. Niet de gele kaarten natuurlijk, maar je inzet, je vechtkracht. Wat Michels na de wedstrijd zei spreekt wat dat betreft boekdelen.
‘Ik wist niet dat hij dat gezegd had, maar het is natuurlijk wel hartstikke leuk om te horen. Ik kan er alleen maar zeer vereerd mee zijn, schitterend. Kijk, ik weet dat ik als eerste de strijd aanga, desnoods met het risico dat ik een gele kaart krijg. Ik ga niet bewust een overtreding maken maar ik ga wel bewust iets harder het duel in. En wat meer schelden hè, wat meer schelden tegen de anderen.’

Je bent zelfs uitgegroeid tot een soort kapitein van Oranje. Op instructie van Michels en De Ruiter was jij de man die in het veld veranderingen doorvoerde.
‘Dat was vroeger bij Utrecht onder De Ruiter ook al zo. Daar vroeg ik hem wel eens om wissels. Of ik deze rol in het Nederlands elftal op voorspraak van De Ruiter heb gekregen weet ik niet. Het stelde ook niet zoveel voor hoor. Het was heus niet zo dat ik de wissels regelde. Ik heb in het veld af en toe wat kleine dingetjes veranderd. Zoals in de finale. Van Tiggelen bleef eerst op links en ging niet in het centrum naar Belanov terwijl dat wel was afgesproken. Tegen Engeland was de afspraak dat ik Robson zou gaan bewaken en hij Hoddle zou volgen. Maar die twee speelden zo door elkaar heen dat we hebben afgesproken dat ik op rechts zou blijven en hij op links.’

Beschrijf die pass op Van Basten nog eens.
Wouters: ‘In de aanname zag ik Van Basten gaan. Ik kijk nog een keer op en geef hem in de ruimte. Ik heb een jaar met Marco gespeeld en ik weet: beweegt-ie in het strafschopgebied naar links dan wil-ie hem rechts hebben, beweegt hij naar rechts dan moetje hem links aanspelen. Dat gaat allemaal in een flits hoor, het is niet iets wat je overdenkt. Het zijn automatismen en die zaten er nog in van vorig jaar.’

Van Basten zei dat hij de pass eigenlijk een beetje te hard vond.
‘Best mogelijk, maar stel je voor dat-ie iets zachter was geweest. Dan was hij weer gaan kappen en draaien met alle gevolgen van dien. Nu moest hij wel schieten.’ (Grijnst) ‘Van Basten heeft natuurlijk ook niet alle verstand van voetbal. Heb je ooit zo’n idioot gezien als vanmiddag in de finale die uit zo’n hoek op doel schiet. Dan moet je toch een beetje gestoord zijn?’

Heb je ooit zo’n idioot gezien als vanmiddag in de finale die uit zo’n hoek op doel schiet. Dan moet je toch een beetje gestoord zijn?

Voor Arnold Mühren betekende de winst op de Sovjetunie het einde van zijn internationale loopbaan. De zevenendertigjarige Mühren stond alle vijf wedstrijden in Michels’ basis, werd een paar keer gewisseld als het nodig was ‘oorlog’ te maken, maar smaakte in de finale het genoegen de aangever te zijn van Van Bastens wereldgoal waardoor de hele voetbalwereld nog één keer getuige kon zijn van zijn subtiele traptechniek.

Eeuwig dankbaar

Mühren: ‘Voor mij is het één lang hoogtepunt dat ik op deze leeftijd nog op dit niveau kan voetballen. Welke speler van zevenendertig krijgt zo’n kans nog. Wat het spel betreft blijven de negatieve momenten bij mij altijd langer hangen dan de positieve, dus laat ik daar maar eens beginnen. Negatief was de eerste wedstrijd tegen Rusland. We hadden de wedstrijd voor tachtig procent in handen en verloren door een counter toch nog. Het allerbelangrijkste moment van het toernooi is in mijn ogen de goal van Kieft tegen Ierland. Daar mogen we Willem eeuwig dankbaar voor zijn want die wedstrijd moest gewonnen worden. Als er niet gescoord was hadden we nu al lang thuis gezeten en hadden we dit fantastische feest nooit van zijn leven meegemaakt.’

Mooiste moment?
‘Dat was die tweede goal van Marco in de finale. Een normale speler maakt die niet. Dat is alleen Marco die zoiets kan.’

Aan welke actie van jezelf denk je het liefste terug?
Mühren: ‘Tja, je speelt vijf wedstrijden en daar zitten altijd wel aardige momenten tussen. Misschien ook wel die tweede goal, dat schiet me nu te binnen. Dat je de beslissende voorzet geeft. Dat zijn natuurlijk leuke dingen omdat je er zelf bij betrokken bent.’

Na de verloren openingswedstrijd tegen Rusland was het Michels meteen duidelijk waar de problemen lagen. De linkerflank was onderbezet en over dat terreingedeelte braken de Russen steeds opnieuw gevaarlijk uit in de richting van Hans van Breukelen. De oplossing lag voor de hand. Tegen Engeland kwam Erwin Koeman Mühren aan de linkerkant assisteren. Na de wedstrijd tegen Duitsland is Koeman voor de komende jaren zo goed als zeker van een vaste plaats in Oranje. Koeman speelde tegen de Duitsers zijn beste interland tot nu toe, speelde Lothar Matthäus met ‘Duitse’ middelen uit de wedstrijd en dook bovendien regelmatig naast Marco van Basten op in de punt van de aanval.

Koeman: ‘Die wedstrijd tegen Duitsland was inderdaad mijn beste interland. Dat ik Matthäus in die wedstrijd heb uitgeschakeld beschouw ik als mijn grootste moment van het toernooi. Dat is toch een heel goede voetballer. Ik heb laten zien dat ik fysiek sterk genoeg ben om op dit niveau te kunnen spelen. Dat is voor mij heel belangrijk. Men was het tot nu toe in Nederland niet van mij gewend dat ik agressief ben in het veld, dat ik overtredingen maak, dat ik uitlok, maar dat heb ik de laatste twee jaar in België wel geleerd. In de finale scoorde ik trouwens bijna nog met een kopbal, als die erin was gegaan was het natuurlijk helemaal schitterend geweest. Maar daar treur ik niet over. Wat ik op dit toernooi allemaal heb mogen meemaken is tot nu toe veruit het hoogtepunt van mijn carrière. Dat we met Mechelen de Europa Cup II wonnen was mooi, maar dit slaat alles.’

Het is al vaak gezegd en geschreven. Ruud Gullit was tijdens het toernooi niet de briljante geweldenaar waar heel Nederland op gehoopt had. De vorm was na de slopende Italiaanse competitie niet meer groots, maar Gullit verdiende respect om dan maar al zijn energie in dienst van het collectief te stellen. Met succes, Gullit groeide in het toernooi, werd door Beckenbauer na afloop de beste speler ter wereld genoemd en ontving het loon voor zijn opofferingsgezindheid door de Russen in de finale de eerste tik toe te brengen. Gullit beschouwt de wedstrijd tegen Engeland als het breekpunt van het toernooi.

Gullit: ‘Die wedstrijd tegen de Engelsen, die goals van Marco, daar was ik ontzettend blij mee. Aan Marco in deze vorm kan AC Milan het volgend seizoen nog heel wat plezier beleven.’

Je eigen goal tegen de Russen, toch ook een soort genoegdoening.
Ja. Hij kwam zo mooi aanzetten. Ik dacht: die kans krijg ik nooit meer, hij moet er nu maar in. Prachtig natuurlijk, zeker omdat het in de finale gebeurde, maar de wedstrijd tegen Engeland betekende de ommekeer, dus dat vind ik een betere herinnering.

Na de winst op Duitsland tilde je Michels op. Een spontane uitbarsting?
‘Ja. Het was pure gekkigheid. Je bent zo blij dat je de finale haalt, iets waar je voortdurend naar toe geleefd hebt. En dat gebeurt dan uitgerekend in een wedstrijd tegen de Duitsers. Dan ren je naar Michels toe omdat je weet dat dat ook voor hem veel betekent.’

Opgeheven, op handen gedragen en ongeëvenaard. Hé, jij ook een fijn EK2016 gewenst. Afbeelding: Siegfried Woldhek.

In die wedstrijd dolde je Borowka drie keer achter elkaar. Dat was een mooi gezicht.
‘Ja. Maar het mooiste van die wedstrijd was toch de uitslag. Dat we ze in het hol van de leeuw verslagen hebben.’

Hoe belangrijk is Michels? Is hij de enige die jullie kampioen kon maken?
‘Dat weet je nooit. We hadden een goed team, we hadden een goede coach. Wat dat betreft is er een perfecte samenwerking geweest. Maar je weet nooit of het met een ander misschien ook zo was gegaan.’

Het is op alle manieren duidelijk geworden dat je Michels een schitterende kerel vindt.
‘Klopt. Ik heb Michels ook privé leren kennen en ik heb hem persoonlijk enorm leren waarderen. We weten heel goed wat we aan elkaar hebben. Jammer dat hij weggaat.’

Je gaat positief de samenwerking met Libregts aan? Je hebt toch nog een appeltje met hem te schillen?
‘Natuurlijk ga ik die samenwerking aan, dat doe ik altijd. Ik ben er toch voor het Nederlands elftal, ik ben er niet voor me zelf. Waar jullie op doelen (Libregts zou ooit gezegd hebben dat Surinamers van nature lui waren – H&O), dat is gebeurd. En ik zal voor het Nederlands elftal spelen, gewoon omdat ik trots ben voor het Nederlands elftal te spelen.’

Zelfvertrouwen

Gullits clubgenoot Marco van Basten greep met drie wondermooie doelpunten zijn kans en sloot het toernooi af als topscorer en beste speler. Hij bewaart de beste herinneringen aan de wedstrijd tegen Engeland en meer in het bijzonder aan de derde goal, die hij scoorde na een corner van Erwin Koeman en een doorkopbal van Wim Kieft. Van Basten: ‘Dat klinkt misschien wat vreemd, maar voor mij persoonlijk was dat zo’n gigantische happening. Niet alleen omdat ik de hattrick volmaakte maar ook omdat ik de wedstrijd definitief besliste. Daarin vond ik enorm veel zelfvertrouwen en op dat zelfvertrouwen heb ik de rest van het toernooi geteerd.’

Hoe onderging je die tweede goal in de finale?
‘Tja, dat was natuurlijk een schitterende goal, maar je moet er een beetje geluk bij hebben. Ik dacht: laat ik maar uithalen, want als ik ga aannemen en draaien, daar word je alleen maar moe van. Dus ik wil hem zo hard mogelijk van me afschieten, maar er zat een net voor, dus ik werd een beetje, eh… afgeremd.’

Als je die goal vergelijkt met je legendarische omhaal tegen Den Bosch, welke is dan de mooiste?
‘Ik denk toch die omhaal, die was toch nog iets aparter. Maar ze zijn natuurlijk niet vergelijkbaar omdat dit moment veel belangrijker was. Er stond zo ongelooflijk veel meer op het spel. In een EK-finale zo’n doelpunt maken, dat kan eigenlijk helemaal niet.’

Ik dacht: laat ik maar uithalen, want als ik ga aannemen en draaien, daar word je alleen maar moe van.

Rinus Michels nam twintig spelers mee naar Duitsland. Vijf van hen, Joop Hiele, Sjaak Troost, Wim Koevermans, Aron Winter en Hendrie Krüzen kwamen helemaal niet in actie, anderen mochten korte of langere tijd binnen de lijnen. John van ‘t Schip en John Bosman stonden in Keulen tegen Rusland nog in de basis, maar werden na de 0-1 nederlaag tot zondebokken gebombardeerd. Bosman voelde zich na ‘Rusland’ even het zwarte schaap: ‘Ik heb in die wedstrijd alles gegeven en dan word je later toch nog gepasseerd. Dat ik er tegen Engeland naast stond was niet leuk. In het begin had ik het daar heel moeilijk mee, maar op een gegeven moment leg je je daarbij neer. Ook omdat je ziet dat Marco zeer goed speelt en er terecht in staat.’

Wanneer werd het je duidelijk dat je er niet meer bij zou zijn?
‘Ik wist het natuurlijk al een beetje na de wedstrijd tegen Rusland. Toen werd er gezegd dat er niet genoeg oorlog in het strafschopgebied gemaakt was en toen had ik al zo mijn vermoedens. Op woensdag, de dag tegen Engeland, werd het definitief duidelijk. Na de ochtendtraining, om een uur of elf, was er een bespreking en toen zag ik dat mijn naam niet op het bord stond. Ik kon het eerst niet goed zien want Michels stond er een beetje voor. Toen zag ik M.v.B. staan en mijn naam niet. Ik zeg al, je kon verwachten dat Michels wat anders ging proberen, maar op zo’n moment ga je toch een beetje door de grond. Is toch lullig.’

Hoe gaat het nu verder met de spitsen?
‘Ja, dat is een probleem natuurlijk. We zijn alle drie ongeveer even oud, dus we zullen elkaar onze hele carrière wel tegen blijven komen. Dat is nu eenmaal zo. Gelukkig kunnen we allemaal bij onze club eer behalen. Voor de rest zien we wel.’

De derde spits in de Nederlandse selectiegroep was Wim Kieft. Kieft won met PSV de Europa Cup, werd topscorer in de Nederlandse competitie en had vooraf hoge verwachtingen van het toernooi gezien de conditionele achterstand van Van Basten en de zijns inziens afwezige topvorm bij John Bosman. Toch beschikte Michels anders. Kieft werd pinchhitter. Kieft: ‘Het moment waarbij ik voor de buitenwacht het meest ben opgevallen was natuurlijk het doelpunt dat ik scoorde tegen Ierland. Voor mij persoonlijk was het opvallendste dat ik bankzitter was en de eerste keer tegen Rusland dat niet eens. Toen zat ik op de tribune.’

Dat was moeilijk te accepteren?
Kieft: ‘Ja, maar op een gegeven moment ga je bij jezelf te rade en zeg je: moet ik doorgaan met dat te blijven spuien of moet ik aan de ploeg gaan denken? Dus ik heb me erbij neergelegd maar nogmaals: ik ben het er helemaal niet mee eens. Ik begrijp Michels’ redenering wel, maar het is niet mijn redenering. Hij zegt: ik speel met twee aanvallende mensen, Gullit en Van Basten, en de rest moet zich gewoon aanpassen aan die twee jongens. Daardoor heeft Vanenburg ook lang niet zo vrij en aanvallend kunnen voetballen als-ie gewend is. Maar nogmaals: dat is mijn opvatting. Zijn opvatting is succesvol gebleken dus daar moet ik verder van afblijven. Maar misschien had er nog meer in gezeten.’

Voor jou?
‘En voor de ploeg. Met mij erbij was het misschien wat makkelijker gegaan.’

Hou je nog steeds staande dat jij eigenlijk in de spits had moeten staan en niet Van Basten?
‘Nee, dat niet. Ik vond dat toen we aan het toernooi begonnen, en in de voorbereiding, ik de betere man was. Beter dan Bosman en ook beter dan Van Basten. Maar Van Basten heeft in het toernooi bewezen dat hij de beste spits van Nederland is en misschien ook wel van Europa. Dat moet ik nu gewoon toegeven.’

Waarom werd er elke keer gescoord als jij erin kwam?
‘Misschien omdat de ploeg op die momenten aanvallend meer kreeg in te brengen. De tegenstander moet zich aanpassen, moet een vleugelverdediger weghalen. Dus er komt meer ruimte op de flanken. Voor Gullit op rechts en voor Erwin Koeman op links. Hoe aanvallender je speelt, hoe meer je afdwingt, dat is het denk ik.’

Wat zei Van Basten tegen je na die goal tegen Ierland? Hij sloeg een arm om je heen en zei iets aardigs tegen je. Dat kon je zien.
‘Hij zei: “Doe niet zo eng, waarom loop je nu weg?” Dat deed ik ook. De jongens kwamen naar me toe om me te feliciteren, maar ik liep van ze weg. Daarom zei hij dat. Maar hij zei ook: “ Zal lekker voor je zijn.” En het was ook lekker. Ik vond het zelf ook aardig van Marco. Ondanks dat we elkaars concurrenten zijn hebben we onderling een heel goede verstandhouding. We zaten bij elkaar aan tafel, trokken met elkaar op. Dat is geen ideaal gelul, het is echt zo. We kunnen het heel goed met elkaar vinden en voor Marco vind ik het, en dat meen ik serieus, heel fijn dat het zo gelopen is. Hij heeft het afgelopen jaar een heel moeilijke tijd gehad, dus waarom zou ik hem dat misgunnen?’

Wat is voor jou het grootste: deze EK-titel of de Europa Cup?
‘De Europa Cup. Omdat ik daar veel meer inbreng in heb gehad en ook veel meer waardering voor heb gekregen. Dit is ook leuk, maar je voelt jezelf er toch een beetje buiten staan. Toen de scheidsrechter affloot na de finale voelde ik me er toch een beetje buiten staan. Dat is niks voor mij, op zo’n moment kan ik ook niet spontaan zijn.’