Poëzie / Maandboek poëzie

Het huis van de Neder­land­se poëzie telt vele woningen: anekdotische poëzie, lyrische gedichten, slam-poëzie, hermetisch werk, haiku, romantisch-realistische verzen, classicistische poëzie, concrete poëzie, you name it, het is er allemaal. En het is er nog een ware oecumene bovendien. Anything goes, althans op de vele poëtische podia van Nederland. De waterscheiding die tot een jaar of twintig geleden nog duidelijk zichtbaar was tussen ernstige, verknoopte poëzie en lichte, min of meer anekdotische poëzie, is allang vervluchtigd.

Komrij zette in 1979 bij de eerste druk van zijn befaamde bloemlezing 1000 en enige gedichten de partijen nog op scherp: ‘Het accent ligt, om een indruk te geven, hier meer op het vakmanschap, de smaak en het volwassen gezicht dan op het stamelen, de vulgaire sentimenten en het simpeldom. Meer op de satire, de maskerade, de afstandelijkheid dan op de dodelijke ernst, de eenduidigheid en het volle leven.’...