In 1985 ontliep de Pakistaanse metallurgist ir. Abdul Qadir Khan een veroordeling vanwege atoomspionage in Nederland. Khan had in de jaren zeventig rondgesnuffeld bij het Fysisch Dynamisch Onderzoekslaboratorium (FDO) in Amsterdam en Urenco in Almelo. Khan had geheimen van de ultracentrifuge meegesmokkeld naar Pakistan, de technologie van het hoogverrijkt uranium zou zijn eindbestemming vinden in wat toen nog onbekommerd de ‘islamitische bom’ werd genoemd.

Als vader van de Pakistaanse atoombom werd Khan vereerd als hoeder van een nationale afschrikkingsmacht tegen het reusachtige India. Nederland was laks geweest, want de beveiliging van de toptechnologie had te wensen overgelaten. Maar curieus genoeg was de dagvaarding van de rechtbank jegens Khan even slordig geadresseerd (‘Khan, Pakistan’) dus als onbestelbaar geretourneerd. Einde proces.

Khan bouwde onverdroten voort aan een internationaal netwerk van illegale leveranties aan landen die lid waren van het...