Fotomanifestatie Noorderlicht

Ik vind het moeilijk om door een bos te wandelen zonder te denken: ik ben een wandelaar in een bos. Van de gedachte alleen al raak ik op dreef. Ik zoek een wandelstok tussen de bladeren, zet er stevig de pas in en het kan gebeuren dat een melodie aan mijn mond ontsnapt. Ik gedraag me, kortom, zoals ik meen dat een wandelaar in een bosachtige omgeving zich gedraagt. Al gauw ga ik zo op in mijn rol dat het bos er niet meer toe doet.

Het bos heeft ontegenzeggelijk gediend als decor, als inleiding voor mijn natuurfantasie, maar is gedurende de wandeling niet meer noodzakelijk voor mijn natuurervaring. Aan zee gaat het al net zo. Het badpak en de handdoek in mijn tas, het boek dat ik tegen de wind in zal lezen, bepalen in grotere mate mijn strandbeleving dan de kust of het rollen van de golven.

Overdrijf ik? Kijken naar de natuur is niet te onderscheiden van het vertellen van een verhaal, waarin overdrijven vanzelf gaat. Zodra we een landschap zien, een...