‘Van dode mannen win je niet’

Ik was om Van dode mannen win je niet heengelopen. Dat was verkeerd. Iedere dag verschijnen er nieuwe boeken, andere titels gingen voor. De reden was een passage op de flaptekst: ‘De jeugd van Walter van den Berg werd getekend door een gewelddadige stiefvader. Om de psychologie van het geweld te doorgronden kroop hij in het hoofd van de man die zijn moeder terroriseerde.’ Nee, ik bagatelliseer huiselijk geweld geenszins. Maar ik dacht ook: daar gaan we weer. Wéér een meppende stiefvader, vanuit het perspectief van het getraumatiseerde kind. Spek voor Kluuns bek, die ‘authenticiteit’ (‘dat je weet dat het echt is’) het hoogste vindt, zoals hij laatst onweersproken op de televisie mocht zeggen. Niet vorm, stijl, literaire verbeelding, nee: waar gebeurd. De meest democratische vertelstof, want in ieder leven schuilt wel een boek – maar geen schrijverschap.

Daarom ging Walter van den Bergs derde boek helaas (en naar later zal blijken...