De semigrant

‘En onlangs heb ik besloten dat ik in twee steden woon: in Berlijn én in Utrecht.’

Zo eindigde ik een monoloog waarin ik aan een kennis uitlegde dat het niet vreemd was dat hij me tegenkwam voor het kaasschap van de Albert Heijn op de Voorstraat. Hij had gehoord dat ik een paar maanden geleden was verhuisd naar Berlijn, maar wat deed ik nu dan hier? Ik legde uit dat ik nog steeds een groot deel van de tijd in Duitse biertuinen doorbreng, maar dat ik mijn leven in Nederland niet op wil geven. Hij keek bedenkelijk, zette zijn mandje op de grond en sloeg zijn armen over elkaar. ‘Dat is toch vlees noch vis, één been hier, één been daar?’ Ik probeerde zijn twijfels de kop in te drukken door voorbeelden te geven van mensen die het net zo doen. Ik vertelde over de kunstenaar die ieder jaar vier maanden in New York doorbrengt, de promovendus met een aanstelling in Florence maar een leven in Amsterdam en de schrijfster die om de maand veel te dure croissantjes eet op...