Zijn eerste jaar als minister van Defensie verliep ‘bijzonder moeilijk’, maar nu lijkt Eimert van Middelkoop zichzelf te hebben hervonden. Portret van een optimist in een somber stemmend strijdtoneel. ‘En kijk uit, hè, met die bermbommen.’

Het is omstreeks half tien in de morgen als Eimert van Middelkoop in Kamp Holland op een viertal militairen afstapt. Ze staan ontspannen tegen een muurtje geleund bij de cafetaria en roken een sigaretje. Twee van de vier hebben een baard.

‘Dag mannen,’ zegt de minister.
‘Dag minister,’ zeggen de mannen.
‘Hoe is het?’
‘Goed,’ antwoordt de pelotonscommandant. ‘Net terug van negen dagen patrouilleren in de rivierbedding ten zuiden van Tarin Kowt.’
‘En? Nog wat tegengekomen?’

Een fractie van een seconde is het stil. Dan moeten de vier militairen lachen.

‘Nou en of,’ zegt de pelotonscommandant. ‘Vier bermbommen gevonden in twee dagen. En ’s nachts beschoten door de taliban.’
‘Ah, waren jullie dat?’ zegt van Middelkoop. ‘Daar heb ik over gehoord tijdens...