Economie

Waarom krijgt een Gooise vrouw die alleen maar heeft getennist op hetzelfde moment AOW als iemand die op zijn vijftiende is begonnen met werken?’ vroeg een havenarbeider vorige week in de Volkskrant. Het is een typisch voorbeeld van wat psychologen ‘een verwijtende waaromvraag’ noemen. De vragensteller weet natuurlijk wel waarom die tennissende mevrouw uit het Gooi AOW krijgt. Ze heeft er, conform de Algemene Ouderdomswet, domweg recht op. De waaromvraag is hier, zoals vaker, de verpakking van een verwijt. Het rechtvaardigheidsgevoel van de havenarbeider zegt hem dat hij, na veertig jaar hard werken bij Shell Pernis, zijn AOW echt heeft verdiend. Terwijl die Gooise vrouw haar AOW-uitkering níet verdiend heeft, en – erger nog – het geld misschien niet eens nodig heeft.

Want zo is het: In Nederland krijgen honderdduizenden 65-plussers AOW, terwijl ze deze uitkering niet nodig hebben. Gooise vrouwen, vastgoedmiljonairs, zelfs de koningin, ze hebben allemaal recht op het...