‘Mijn leven lang heb ik met de elektronica geworsteld. A-mannetje, hè. Wanhopig. Boos. Bijvoorbeeld op de man die de computer kwam installeren. Toen hij alles netjes had neergezet zei hij: “Doe maar aan.” Waar zit die knóp dan?! Kenners gaan er altijd van uit dat je dingen weet. Daar heb ik soms ruzie over met Youri, mijn zoon. Dan zegt hij: linksonder zit een oranje icoontje en daar moet je op klikken, maar dat icoontje staat er bij mij dan niet.

Twitter begrijp ik wel. Na een uitzending van De Wereld Draait Door waarin ik voor het eerst een tweet plaatste, had ik in een minuut tienduizend volgers. Ik werd gefeliciteerd. Na een maand heftig twitteren begon ik me schuldig te voelen als ik mijn publiek ’s ochtends voor elf uur nog niets had gemeld. O, Jan, je moet even leuk doen. Bijdehand of interessant, over de kunst of over de sport. Vijftigduizend volgers had ik na korte tijd, dat drukt zwaar op de mens.

Ik stopte eind augustus, Femke Halsema had net bekendgemaakt dat ze 125...