Roman

Op zijn sterfbed gaf de Haarlemse schrijver Louis Ferron (1942-2005) zijn vrouw Lilian Blom de opdracht een boek over hem te schrijven. Dat werd De tuinkamer (2007), waarin ze de laatste weken van zijn leven en zijn niet eerder gedocumenteerde jeugd beschrijft.

Strijkend licht is opnieuw ontstaan vanuit een opdracht van Ferron: twee jaar na zijn dood verschijnt de schrijver in een droom aan Blom en draagt haar op een filmscript te schrijven over haar psychotherapeut Charles Voorduin. Ferron is wel uitgeschreven, droomt Blom, en wijdt zich nu van gene zijde aan de filmkunst.

Een maf gegeven om een boek mee te beginnen. Gedurfd ook, om weer met Ferron aan te komen. Op literaire gronden zou het zomaar beoordeeld kunnen worden als een blijk van thematische armoede. En de lezer zou zomaar kunnen denken: zo’n opdracht vanaf het sterfbed, soit, maar hoelang blijf je nog over je overleden echtgenoot schmieren?

Wat mij betreft mag Blom echter nog honderd boeken beginnen met een...