Sport

Sinds de Europese kampioenschappen voetbal in 1988 lachten wij de bobo’s uit. Alleen al de term ‘bobo’s’ gaf aan dat je die mannen niet serieus kon nemen. Aanvoerder Ruud Gullit werd gek van die ijdele bondsbestuurders, hij maakte er grappen over. Los van de vraag of die humor toen misplaatst was – nu is ze dat in elk geval niet meer. Met dank aan de wielerbobo’s en hun verbod van het zogenoemde oortje.

Zowel de profwielrenners als hun ploegleiders willen dat het oortje blijft. De laatste jaren zijn ze hun radioverbinding gaan koesteren en nu willen ze er niet meer vanaf. Vanuit de auto voorziet de ploegleider zijn renners van koersinformatie en maakt die renners zo slimmer. Renners en leiders willen niet terug naar het domme tijdperk, maar dat willen de bazen van de internationale wielerunie juist wel. En terecht. Hier zien we geen bestuurlijke slijmballen meer die op partijtjes tegen de helden aanschurken, geen speelballen op de golven van lobbyisten. We zien kracht en...