Het is zeven uur ’s ochtends op een woensdag in Bloomsbury, Londen. Het is juni, de lucht is nog fris, de straten zijn leeg. Bij snackbar Valencia op de hoek van Tavistock en Marchmont Street trotseert een enkeling de frituurwalm voor een beker koffie; de supermarkthouder verderop stalt de ochtendbladen uit.

Het winkelbestand van Marchmont Street is een mengeling van oude, rommelige huishoudzaken, felverlichte eethuisjes, nieuwere reformwinkels en delicatessenzaken. Je zou niet zeggen dat hier, ingeklemd tussen een buurtkapper en een belwinkel, een internationaal vermaard studie-instituut zit genaamd The School of Life, dat bezoekers trekt van over de hele wereld.

Vanaf kwart over zeven ’s ochtends sijpelt er een groep binnen die over het algemeen wordt omschreven als ‘stedelijke trendsetters’ of ‘kosmopolitische creatieven’. Mannen en vrouwen tussen pakweg vijfentwintig en vijfenveertig, goed in de kleren, op weg naar hun werk, afkomstig uit alle voormalige wingewesten van het...