Onderhandelingen over het regeerakkoord zijn voor een kabinet levensgevaarlijk. Voordat je het weet, valt er een minister overboord of ontploft de hele coalitie. Eind jaren zeventig moest het centrum-rechtse kabinet-Van Agt/Wiegel al na enkele maanden constateren dat het regeerakkoord achterhaald was. Een kloeke bezuinigingsnota verscheen: Bestek ’81. Helaas bleven werkloosheid en overheidstekort stijgen. Voorjaar 1980 eiste de CDA-minister van Financiën extra ombuigingen. Van Agt en Wiegel waren bang voor maatschappelijke onrust en lieten de schatkistbewaarder als een baksteen vallen. Andriessen trad af. Een jaar later werd de coalitie weggevaagd bij de verkiezingen.

Met het centrum-linkse tweede kabinet-Van Agt, dat in 1981 aantrad, liep het nog droeviger af. Het CDA wilde bezuinigen, de PvdA niet. Vicepremier Den Uyl verlangde een banenplan, de christen-democraten vonden dat te duur. Nog voordat de regeringsverklaring in de Kamer was afgelegd, viel het kabinet....