De Britse reclamevrouw Jane Cunningham had eens met haar team een vergadering bij een elektronicafabrikant over de vraag hoe ze een van hun producten ook voor vrouwen aantrekkelijk konden maken. Na een uur denken, zei de mannelijke art director ineens: ‘Ik heb het! We laten de reclamefolders afdrukken in roze!’

Het is de klassieke anekdote in de vrouwenmarketing die moet illustreren hoe weinig verstand de meeste reclamebureaus en marketingafdelingen hebben van wat vrouwen eigenlijk beweegt. En dat terwijl vrouwen de belangrijkste doelgroep zouden moeten zijn. In de westerse wereld ligt 85 procent van de consumentenbesteding in de handen van vrouwen; in Nederland is dat, afhankelijk van de productcategorie, tussen de 83 en 99 procent van de aankopen* – als ze de aankoop niet zelf doen, zijn vrouwen vaak de drijvende kracht achter de beslissing tot aankoop van hun partner. En het ziet er, gezien de stijgende koopkracht van vrouwen (zie ook p. 82-87), niet naar uit dat die...