Film / The Road

De man en de jongen, vader en zoon, de naamloze hoofdpersonen van The Road, kijken naar een huizenhoge brand. Ze staan met hun rug naar de camera; vóór hen woedt het vuur. Chronologisch is die ultrakorte scène, dat enkele beeld, niet goed te plaatsen. We weten uit de summiere informatie die de voiceover – de stem van de vader – verstrekt heeft bij het begin van de film dat de klok stil bleef staan om zeventien over één in de nacht, dat er een lichtflits was en schuddingen. Dat het nu vermoedelijk oktober is, maar dat hij al jaren niet meer op een kalender heeft gekeken. Zijn huidig besef van tijd is: de dag doorkomen en daarna de nacht. Altijd maar doorgaan, aan eten zien te komen, de kou trotseren, hun schoenen droog houden: overleven.

We hebben die onvoorstelbare toekomst al betreden, waarin wolken as de zonnestralen tegenhouden, waarin de aarde steeds meer afkoelt. We weten dat er een vuurzee gewoed heeft waarin mensen als ratten in de val zaten en het asfalt...