Ik ken Martin Bril meer dan twintig jaar, en dat is lang genoeg om te hebben gemerkt dat, sinds Bril veel succes heeft met zijn columns, sommige mensen die kennis met hem maken de onbedwingbare neiging hebben om hem direct een puntige anekdote te vertellen. Dat doen ze dan met een zekere gespannen verwachting, ongeveer zoals mensen tegen cabaretiers onmiddellijk amechtig grappen gaan vertellen. Zoals die mensen stilletjes hopen dat de cabaretier hard moet lachen, hun grappen onthoudt en gaat gebruiken voor een komende show, zo koesteren de verhalenvertellers de stille hoop dat de columnist Bril versteld staat van hun anekdote, zó versteld dat hij die anekdote ooit zal verwerken in een van zijn columns.

Nu is het niet helemaal ongewoon dat Martin Bril die neiging opwekt. Heel soms kan het namelijk gebeuren dat de schrijver en columnist in gezelschap een piepklein notitieblokje trekt en er vliegensvlug wat trefwoorden in opschrijft. Even vlug bergt hij het notitieblokje weer op....