Jeroen Vullings over Harem van Ronald Giphart, een warme roman waarin vooral het leven wordt gevierd.

We horen al zo lang over de dominantie van de beeldcultuur, die gepaard gaat met de gruwel van de ontlezing en het oprukken van plaatjes in de media ten koste van tekst, dat verzet zinloos lijkt. Maar de bijna vijftigjarige schrijver Ronald Giphart zit niet bij de pakken neer. In zijn nieuwe roman Harem laat hij het woord zowaar triomferen over het beeld. Dat zit zo: een zoon, Liam, schrijft in een Zweedse boshut zijn debuutroman over het leven van zijn wereldberoemde vader, de Zweeds-Nederlandse fotograaf McDonald Hope (roepnaam: Mac). Het is de roman die we op dat moment lezen: Harem. Daarin brengt (Giphart via) Liam, in zijn empathische reconstructie van zijn vaders leven, de indringende beelden tot leven die zijn vader geschoten heeft, die waaraan hij zijn faam als Anton Corbijn-achtige kunstenaar te danken heeft.

Illustratie: Siegfried Woldhek
Illustratie: Siegfried Woldhek

Dat lijkt bij voorbaat een...