Meanderende reisreportages

Op tweederde van Onderweg naar Babadag, de verzameling reisreportages van de Poolse schrijver Andrzej Stasiuk, prijkt een foto. Ze is op 19 juni 1921 gemaakt door de Hongaarse fotograaf André Kertesz en er staan een blinde violist en een sjofele jongen op die een modderweg oversteken in het Hongaarse dorp Abony. Op de achtergrond kijkt een jochie naar iets achter het duo – en buiten de foto. ‘Het zou best kunnen,’ begint Stasiuk het begeleidende stukje, ‘dat alles wat ik tot nu toe heb geschreven begonnen is met deze foto’.

De foto ‘achtervolgt’ hem. Overal denkt hij driedimensionale en gekleurde versies ervan te vinden. ‘Zo was het in Podolínec,’ schrijft hij, ‘in de zijstraatjes van Levoca, in het withete Gönc waar ik op zoek was naar het station dat een leeg, vernield gebouw bleek te zijn en waarvandaan pas ’s avonds een trein zou vertrekken. Zo gebeurde in Vilmány, op het verlaten perron tussen de in de hitte ondergedompelde, oneindige velden, net...