Dikke Dennis

Wie wil weten hoe Dikke Dennis, geboren in 1965, in het leven staat, hoeft zijn lichaam maar te lezen.

Hij is een levend schetsblok. Het gros van zijn tatoeages staat er duidelijk niet om esthetische redenen, maar om momenten vast te leggen. En námen, vooral.

Het is het lichaam van een man voor wie het leven een aaneenschakeling van ogenblikken is, een optelsom van indrukken. 145 kilo vereeuwigde impulsiviteit.

Het is een donderdagochtend in maart. Dennis Overweg zit in de keuken van de tante van zijn vriendin Rowan. Die tante kent hij al vijfendertig jaar, van toen zij nog punker was, en Dennis skinhead.

Hier is hij voorlopig even ingetrokken nadat hij uit de verslavingskliniek is gekomen. Jarenlang had hij een tattooshop in de Tweede Gouds­bloem­dwarsstraat in de Amsterdamse Jor­daan. Het was een klein pand met prominent een grote doodskist in een hoek. Onder de shop stond zijn bed. Televisieploegen vertelde hij graag dat hij in de kist overnachtte en dan ging...