interview

Daar komt Leon de Winter aan met een hamer. Zijn houding is gelaten, allesbehalve martiaal. Gehuld in een gewatteerd jasje, daaronder een trui en een hemd, loopt hij naar de deur die de serre verbindt met de tuin. De inrichting van zijn riante huis te Bloemendaal is in makelaarsjargon onruimtelijk, met licht rommelige aanschijn, stapels papier, allerhande voorwerpen zoals een relict uit een surprise: een plastic beeldje van de operettekoning van Maastricht, André Rieu. En dus ook ergens binnen handbereik een hamer, die Leon de Winter (1954) opeens in zijn handen heeft.

Het is nogal warm op de middag dat we elkaar spreken. Zodanig dat de serre de beste plaats lijkt om binnen te zitten. Nou ja, vermits de deur die het huis scheidt van de weelderig begroeide tuin open kan. Maar die blijkt dicht. Wrikken leidt tot niets. Vandaar de keuze voor een hamer, logisch eigenlijk.

Bin Laden en een meisje

We zitten. En praten. Direct, want De Winter is een geanimeerde...