De film ‘Frank’ is een allegorie van de moderne popster: tussen roem, gekte, genialiteit en sociale angst gaat Frank ten onder. Regisseur Lenny Abrahamson verfilmde de binnenwereld van een buitenstaander.

Frank draagt een groot masker. Het gaat nooit af: niet onder de douche, niet in bed. En zeker niet op het podium, als hij optreedt als zanger van de band met de naam The Soronprfbs.

Dan verschijnt Jon. Een talentloze toetsenist, maar de keyboardspeler van The Soronprfbs is de zee in gelopen en er is haast bij – Jon wordt het podium opgeduwd. Frank staart hem aan. Twee geschilderde ogen op een hoofd van papier-maché. Een onbeweeglijk cartoongezicht. Regisseur Lenny Abrahamson filmt Frank op dit moment van voren, hij laat een stilte vallen en het moment duurt. Een klassieke droogkomische mise-en-scène. Als publiek mogen we lachen.

Onder het masker zit een van de knapste filmsterren van nu.
Onder het masker zit een van de knapste filmsterren van nu.

Frank wordt zo geïntroduceerd als een geval apart, een grapjas, een act. Als...