Robert Harris

Het hoorngeschal uit de begintune van de serie Ivanhoe toetert opeens door de leeskamer van het Amsterdamse hotel en de schrijver Robert Harris pakt onmiddellijk zijn smartphone uit zijn binnenzak en zet hem uit. ‘Sorry hoor,’ zegt hij verontschuldigend. ‘Mijn kinderen willen dat ik de ringtone erop laat staan. Hij doet ze denken aan Robin Hood in Sherwood Forest.’ En hij trekt een gezicht dat zegt: tja, wat doe je eraan?

Een jaar of drie geleden zat Robert Harris tegenover zijn vriend Roman Polanski in Parijs. De wereldberoemde regisseur (en door de VS gezochte ontuchtpleger, en Holocaust-overlever) vertelde weer eens over zijn jarenlange fascinatie met de Dreyfus-affaire, het eind negentiende-eeuwse schandaal van de Frans-Joodse spion uit de Elzas die helemaal geen spion bleek te zijn en uiteindelijk door onder meer het pamflet J’Accuse van de schrijver Émile Zola vrijkwam. Harris, net zo gefascineerd door de zaak, zei dat hij zich er wel eens verder...