Het levert nogal wat commentaar op, wanneer Simone van Saarloos de twintig jaar oude brievenroman ‘I Love Dick’ in het openbaar leest. De omslag is prikkelend, de inhoud geweldig ongemakkelijk. Want Chris Kraus’ roman werpt de vraag in hoe je de ander een stem geeft. 

Ik probeer al een tijdje brieven (mails) uit te wisselen met een andere schrijver. Het leukste daaraan zijn de gesprekken die in het hoofd ontstaan wanneer het weer bijna tijd wordt om terug te schrijven. In die gefantaseerde gesprekken zijn alle woorden zorgvuldig gekozen en begrijpen wij elkaar volledig. En wanneer we elkaar niet begrijpen, biedt het onbegrip de mogelijkheid met een geweldige uitleg te komen. Waarna wederzijdse bewondering volgt voor wat als een godsverschijning in ons midden staat: de woorden. Wij buigen als dienstbare aanbidders voor de taal die ons bindt.

Every letter is a love letter, stelt Chris Kraus in I Love Dick. Wij, de schrijvers die elkaar schrijven, hebben de woorden zo lief dat de...