‘Mama, can I have een beetje agua?’ vraagt mijn dochtertje van twee en iedereen hier in New York vindt het geweldig. Haar oppas spreekt Spaans tegen haar, haar ouders Nederlands en haar broer en zus Engels. Een moeder van school zegt enthousiast tegen me: ‘I love it that your kids are bilingual. Just too bad they speak Dutch and not French.’

Binnenkort verhuizen we terug naar Nederland en we zouden het mooi vinden om de tweetaligheid, misschien zelfs drietaligheid, van onze kinderen te behouden. Het heeft toch iets bijzonders. Overigens voelen ze zich hier in New York op dit moment helemaal niet bijzonder: overal om ons heen spreken kinderen meerdere talen. Veel Spaans en Mandarijn, maar ook Urdu, Roemeens, Japans of Portugees. Sommige ouders spreken zelf alleen Engels, maar willen hun kinderen zo graag een tweede taal laten spreken dat ze hen naar dure klasjes sturen om Frans, Spaans of Mandarijn te leren. Maar om je een andere taal echt eigen te maken, is ‘volledige...