Uit het leven

Pandit Anand Bierdja, op 10 juni op zesenveertigjarige leeftijd in Den Haag aan kanker overleden, was een hindoegeestelijke in dienst van de Nederlandse strijdkrachten. Hij had de rang van majoor, bezocht Afghanistan, hield spreekbeurten, vierde hindoefeesten in kazernes en stond dag en nacht klaar voor de ongeveer tweehonderd hindoemilitairen en hun familie. Maar ook voor andersdenkenden, onder wie moslims die pas dit jaar hun eigen legerimam kregen. Hij doorbrak taboes, sprak openlijk en met begrip over homoseksualiteit, euthanasie en zelfdoding, schreef en zong liederen, danste in besloten kring en gaf militaire koks les in vegetarisch koken. Eens per jaar mocht een yogaleermeester uit India overkomen. Ook niet-hindoemilitairen kwamen naar diens lessen: ‘Ja, we worden populair.’

Anandkoemar Bierdja werd op 25 november 1962 in Suriname geboren, als vijfde zoon in een gezin van tien jongens en vier meisjes. Zijn vader was landbouwer in de Van Drimmelenpolder in het...