Ingeborg Beugel extrapoleert haar besognes tot een drama van apocalyptische omvang.

‘Ik was al heel lang met Fieke, maar seksueel hadden we niet zo veel meer. Toen ontmoette ik Debora, een zakenvrouw, emotioneel enigszins onderontwikkeld, maar erg charmant. Een echte stoeipoes, één brok oestrogeen, dus ook een herenverwenner en -verzorger. (…) Wel mazzel dat die twee vrouwen elkaar gedogen natuurlijk.’

Een citaat als dit zul je heden ten dage niet snel aantreffen in de serieuze pers. Maar vervang de vrouwelijke namen en termen door mannelijke, teken de zinnen op uit de mond van een vrouw en niemand die het als seksisme herkent. Zie Het Parool, waar Ingeborg Beugel onlangs aldus over haar minnaars sprak. Aanleiding was haar nieuwe film Uitgebloe(i)d?, komende maandag te zien bij NCRV’s Dokument. Daarin behandelt ze het prangende vraagstuk van de overgang.

Vorig jaar was ze er al druk mee bezig. In een opiniestuk voor Opzij hekelde ze de ‘Hilversumse baasjes’ die geen...