Het vredesdividend werd uitgekeerd na de val van de Berlijnse Muur in 1989.
Voordien bevonden de defensieuitgaven zich op een hoog niveau – Nederland wapende zich met de Navo-bondgenoten tegen de Sovjets en hun Oost-Europese vazalstaten. Toen het ernaar uitzag dat de Russen toch niet zouden komen – althans niet op oorlogspad – konden de militaire uitgaven fors omlaag. De uitgavendaling kreeg de fraaie naam ‘vredesdividend’.

Op de arbeidsmarkt heeft zich de afgelopen decennia een soortgelijke ontwikkeling voorgedaan: een omslag in het scholings­niveau van de beroepsbevolking. De vruchten die we hiervan plukken, worden daarom wel het ‘scholingsdividend’ genoemd.
Het vervelende is: het dividend is op.

In een recente publicatie in het webmagazine van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Hogere opleiding, hogere arbeidsparticipatie, wordt nog weer eens duidelijk hoe hoog dat scholingsdividend wel niet is. In de grafiek is zichtbaar hoe hoog de...