Pamuks Het museum van de onschuld speelt een geraffineerd dubbelspel met het pulpfilmgenre. Maar het is ook een ode aan Istanbul, en een overtuigende pro-Europese roman.

Een Oost-Westklok met twee wijzerplaten, een met Arabische cijfers, een met Romeinse. In het huis waar de ik-persoon in Orhan Pamuks roman Het Museum van de onschuld 1593 gelukzalige avonden doorbrengt, staat zo’n voorwerp. In het kolkende liefdesverhaal dat de roman is, slechts een detail dat geen nadruk krijgt van Pamuk. Maar wát een beeld voor de onderliggende problematiek, gesitueerd in het Istanbul van de jaren zeventig, onder (seculiere) upperclassjongeren: passie versus strenge morele codes, de botsing van moderniteit en traditie, van Oost en West.

Het lijkt alsof er daar voor hen, in die periode, tezelfdertijd twee tijden liepen, een langzame, eeuwenoude oosterse en een (geïmporteerde) westerse – dat schuurt, wrijft, schept verwarring. Als beeld voor de Turkse Nobelprijswinnaar Orhan Pamuk (Istanbul,...