Tien jaar geleden ging ik naar Malawi, en ik had nooit kunnen denken dat ik daar iets over de toekomst van Nederland zou leren.

Ik ging trouwens niet om op stranden te liggen want die zijn er niet, maar om te peilen hoe het in dat straatarme Oost-Afrikaanse land gesteld was met de vrijheid van meningsuiting. Sommige mensen vinden dat een luxeprobleem, want eerst vreten, dan de moraal – het historisch materialisme is er bij ons ingestampt – maar ik heb nooit begrepen waarom arme mensen die toch al weinig hebben ook nog eens hun mening moeten verliezen. Alsof daar de landbouwsector flink van opknapt.

Bovendien waren mening en vrijheid in het Malawi van de jaren negentig echte nieuwtjes. Tot 1994 regeerde daar Hastings Banda, een behoorlijk verknipte potentaat, type Mugabe, alleen met minder mensen om te terroriseren. Onder Banda was het mannen bij wet verboden om lang haar te dragen, vrouwen mochten zich niet in broek vertonen en de televisie had nooit haar entree gemaakt in...