Het jaar van Gauke Andriessse, thrillerauteur

‘Dat ik dit jaar De Gouden Strop won, was een prachtige opsteker; vooral omdat ik toch nog steeds een relatief onbekende thrillerauteur ben. Ik schrijf altijd over werkelijk gebeurde zaken die mij raken. In De handen van Kalman Teller is dat een medische misser waardoor een vrouw invalide wordt, en het jarenlange juridische gesjoemel erna. Mijn boeken schrijf ik naast mijn gewone werk als ontwikkelingseconoom, dus vooral ‘s avonds en in het weekend. Het is een hobby, al is goed schrijven wel een serieuze aangelegenheid. We leven nu in een maatschappij die in staat is jongeren als Mauro uit te zetten, maar de veroorzakers van de financiële en economische crisis ongemoeid laat. Dat vind ik schandalig. Ik ben een aanhanger van het kapitalisme, maar de afgelopen tijd heeft het zijn sociale gezicht verloren. De vrije markt betekent voor mij dat bedrijven verantwoording nemen en in de maatschappij geworteld zijn. Ik ken de financiële wereld van binnenuit, heb vierenhalf jaar bij een bank gewerkt, ik handelde in opties en zat in de dealingroom. Maar dat is twintig jaar geleden, en er is veel veranderd. De oude bankiers waren tevreden met een mooi salaris, een prachtig pensioen en de invloed die hun positie hun bood. Dat is iets heel anders dan als fund manager twee miljard dollar verdienen met speculeren. Vroeger bedienden banken primair het bedrijfsleven, nu handelen ze in dermate ingewikkelde derivaten dat niemand ze nog begrijpt, buiten de maatschappij om. Na de bank ben ik voor een ontwikkelingsorganisatie gaan werken. Dat was niet zozeer uit idealisme alswel voor het avontuur; het idealisme is bij mij met de jaren gekomen. De omgekeerde wereld eigenlijk, of misschien ben ik gewoon langzaam van begrip.’

Gerelateerd