Ik ben geen fotograaf. In mijn fotoalbums overheersen vergeten vakanties, naamloze gasten, allang begraven huisdieren. Van die kiekjes met flitsogen. Zonder mijn zus had ik van mijn leven in Rusland alleen de drankgelagen ingeplakt, oeverloze opgeheven glazen. Maar het laatste jaar kwam Lara, keek met haar kunstenaarsoog door de lens en legde alles vast waarvan ik niet wist dat ik het ooit zou missen: mijn ongemeubileerde kamers met het krakende parket, de badgeiser op het punt van ontploffen (en ik laconiek aan de handwas), de opgezwollen zwervers in het portiek en het spookachtige uitzicht op de ruïne van een warenhuis. Al die geesten zag ik pas toen zij ze op de gevoelige plaat zette. Had ik er maar meer van, denk ik nu. Meer van hoe het was.

Maar wás het echt zo? Of vind ik nu, nostalgisch, dat het zo moest zijn? Herinneringen overkomen ons zelden; in de meeste gevallen besluiten we ze te bewaren. We vertellen na, leggen vast, plakken in. Meer dan ooit hebben we zeggenschap...