Sinds 1989, vanaf het begin van de Rush­die-affaire, heb ik me noodgedwongen verdiept in de islam, een koran aangeschaft in Nederlandse vertaling, andere teksten uitgeplozen, krantenstukken over de islam met een zucht van verplichting niet overgeslagen maar keurig gelezen – en dat alles voor iemand die niet gegrepen wordt door welk geloof dan ook.

Het laatste decennium zijn wij, seculieren, tegen wil en dank halve islamkenners geworden, niet omdat Allah ons riep, maar omdat de politieke situatie daarom vroeg. Het wordt door moslims weleens vergeten dat het geloof van ze, dat in mijn ogen een particuliere hobby is, door haar politieke doorwerking ook aan mij wordt opgedrongen. Ik geloof al niet in hobby’s en als het echt moet, kan ik leukere verzinnen.

Maar nu is de afstand dus helemaal opgeheven: bij mij is de islam inmiddels kind aan huis, per mails van halfzuster. Zij neemt afscheid met ‘Salaam’ en ik roep maar eens ‘Shalom’, om nog iets van een tegengeluid te...