De angst van P.F. Thomése

Iets in mij zegt me dat ik doodga. Maar toch, laatst, toen het ging gebeuren, wilde ik het niet geloven. Ik was wakker geworden van een hevige pijn in het middenrif. Het waren de bekende tekenen van de hartaanval, zoals ik die in mijn hypochondrische momenten zo vaak had doorgenomen. Het klopte als een bus. Ik had weliswaar geen medicijnen gestudeerd, maar als zich in je lichaam dergelijke fatale bewegingen voltrekken, voel je zoiets gewoon.

Mijn eerste gedachte was dat ik, als ik de kinderen naar school had gebracht, niet volgens de dagelijkse routine verder kon gaan werken aan mijn roman De weldoener, die zich volgens de principes van de fuga naar een noodlottig einde spoedde. Net als ik. Verrek ja, net als ik. Als er een god bestond, en hij heette toevallig Toeval, dan was het wel héél toevallig dat ik nu, op wat later in druk blz. 256 zou blijken te zijn, het loodje moest leggen. Ik kon het niet uitstaan dat ik plotseling moest ophouden terwijl mijn...