Gijs Scholten van Aschat: zang en pret en show

In de repetitiezaal van Toneelgroep Amsterdam staat hij in een glimmend colbert een zwartgallig cabaretlied te zingen. De ruimte is verkleind door een stoffig zwart voordoek, de lichtspot erop is heet. Het is de eerste repetitieweek, maar de man in het licht brengt het lied over zijn treurige artiestenbestaan alsof zijn leven er van afhangt: zijn stem fleemt en snijdt, zijn lach is een wapen van charme, hij vuurt zijn cynische woorden af alsof het kogels zijn.

Gerelateerd