Dokter, wat kan ik nog lezen? Ik haal je op, ik neem je mee, een roman van Niccolò Ammaniti, heeft deze zomer een paar vakantiedagen flink verpest. Alles wat goedmoedig is en onschuldig, wordt er in kapot gehakt. Symbool voor de troosteloze wreedheid in het boek is de martelscène waarin een kleine jongen weloverwogen het schild van een levende schildpad met een hamer kapotslaat. Tot er een rode drassige massa op de werkbank overblijft van waaruit de oogjes als twee stomme zwarte bolletjes onverstoorbaar de schuur in blijven kijken.

Het is niet het enige literaire werkje dat dit jaar half gelezen werd weggelegd. Verstoten van Sadie Jones moest er aan geloven toen ik doorkreeg dat de toch al zo geplaagde jonge hoofdpersoon ook nog zijn moeder voor zijn ogen zou zien verdrinken. En Extreem luid & ongelooflijk dichtbij van Jonathan Safran Foer ging na honderd bladzijden op de stapel ‘voor later’. Ik schaam me ervoor, want het is een prachtig boek. Maar de totale verlatenheid van het...