Beschouwing / Dwarse opera opent Holland Festival

Leoš Janácek schreef zijn opera Uit het dodenhuis aan het eind van de jaren twintig, vlak voor zijn dood. Het verhaal gaat dat er, toen hij op 12 augustus 1928 stierf, een keurig gecorrigeerd handschrift van de partituur op zijn bureau lag, de pen waarmee de laatste correcties waren uitgevoerd er nog op. Zoals met alle verhalen die te mooi zijn om waar te zijn, is ook dit niet waar, althans niet helemaal: er lag een manuscript, maar of het af was, was de vraag. Janácek kon niks meer gevraagd worden, terwijl er vragen te over waren.

De beredderaars van zijn nalatenschap werden zelfs zozeer in de war gebracht door de eigenaardige verschijningsvorm van het handschrift – Janácek had zelf de lijnen van de notenbalken getrokken en gewerkt op een papierformaat dat veel te klein scheen om er de hele orkestpartij voor een opera op uit te schrijven – en de rare lege plekken in het libretto, wél muziek, geen tekst, dat zij...