Ciao fratello,

In het jaarlijkse nummer van The New Yorker over eten las ik een verhaal over pijnboompitten. De schrijfster biecht op dat ze ze soms gebruikt om haar huis lekker te laten geuren. Even een paar pitjes opbakken in de koekenpan en je gasten zullen denken dat je de hele middag in de keuken hebt gestaan, schrijft ze. Gebruik de pitjes in een feestelijk voorgerecht dat je zelf in elkaar knutselt en je kunt daarna rustig een hoofdgerecht van de traiteur op tafel zetten. Helaas is het recept voor dat voorgerecht zo onaantrekkelijk dat ik haar hele verdere verhaal wantrouw. Zelf ben ik dol op pijnboompitten, mits met mate gebruikt. De smaak is overheersend en in Nederlandse restaurants worden ze nogal eens gebruikt om de bedenkelijke kwaliteit van andere ingrediënten te verbloemen.

Hun oorsprong vind ik eigenlijk nog het grootste wonder. Ik heb de pitten in Italië wel eens in zo’n grote pijnboomappel zien zitten: voedsel uit de prehistorie. Het verrassendste vind ik hun...