Ik heb een fout gemaakt in mijn column van de vorige week, en ik kan niet wachten die te herstellen. Mijn ongeduld heeft een eenvoudige reden: ik ben het niet eens met mezelf, en dat is veel onverdraaglijker dan het met anderen oneens te zijn.

Ik besprak de houding van minister Plasterk tegenover de homobeweging, en vroeg me af hoe diep doorvoeld die verbondenheid was die de minister zo ostentatief, zwaaiend op boten en met hoeden tentoonspreidt. Tot nu toe niets aan de hand.

Maar ik haalde er ook mevrouw Plasterk bij, die tijdens een Boekenbal een dans zou hebben geweigerd van een lesbische dame. Ik noemde dat een roddel, en hoewel dat niets zegt over de feiten, vertelt het wel iets over de relevantie van het verhaal.

Eerste fout: ik had moeten vermelden dat mevrouw Plasterk niet zomaar uit de lucht kwam vallen, maar altijd driftig meezwaaide op die boten met haar man, naar al die prethomo’s op en aan het water. ‘Heupwiegend’ lees ik in NRC Handelsblad. Zij koos er dus zelf...