Maar zo makkelijk kwam ze niet van Robert af. Eerste Kerstdag belde hij haar drie keer. Ze had haar telefoon niet aanstaan, maar toen ze ’s avonds thuiskwamen van het diner bij Harko’s oude ouders en Harko op de bank in slaap viel en de kinderen voor de televisie zaten, checkte ze haar telefoon op de wc. Drie berichten van Robert. ‘Ik moet je zien. Zo kan het niet. Ik verontschuldig me. Geef me nog een kans.’ Dat was de eerste. ‘Ik ben gek op je.’ Dat was het tweede bericht. ‘Evelien. Ik stop desnoods met drinken.’ Dat laatste bericht klonk lodderig. ‘Goed idee, jongen,’ zei Evelien hardop, en ze wiste de berichten.

Tweede Kerstdag koos hij voor een andere communicatievorm. ’s Avonds had ze twaalf sms’jes van hem binnen, de een nog larmo­yanter dan de ander. Dat werd een probleem, die Robert, ineens zag ze het helder voor zich. Die ging haar stalken. Die stond zo meteen voor de deur. Die ging Harko aanspreken. Nou ja, ze had niets met hem gedaan. Of wel? Ze...