Uren later was het nog steeds pandemonium in de straat. ‘Waar blijft Syl toch?’ vroeg Evelien zich hardop af. Ze stond met Regina voor het raam. De dode Sjoerd lag nog steeds onder zijn witte laken. Ze konden zijn voeten onder de partytent uit zien steken die over hem heen was opgetrokken. Schijnwerpers verlichtten de straat.

‘Die komt zo wel, joh,’ antwoordde Harko die de gebeurtenissen buiten op straat op televisie volgde. AT5 was rechtstreeks met de plek des onheils verbonden en een kakelende verslaggever met blonde krullen sprak met een keur aan misdaadjournalisten die als vliegen op de honing waren afgekomen en allemaal hun zegje hadden over Sjoerd. Volgens de een had hij tot over zijn oren in de misdaad gezeten, en was hij de enige in Amsterdam die Willem Holleeder naar de kroon durfde te steken, volgens anderen was hij een kleine vis met veel geld die werd afgeperst door Joegoslaven.

Sylvia was door de politie voor verhoor meegenomen naar het bureau. Evelien was zo...