Het is knap frustrerend, maar niet alle mensen willen spontaan de dingen die goed voor ze zijn. Ze roken, ze drinken meer dan verantwoord is, eten plofkip en rijden in plofauto’s. De overheid moet hoofdschuddend constateren dat sommige burgers niet begrijpen wat hun eigen belang is. De staatshanden jeuken, want met een paar maatregelen en wetten kom je al een heel eind. Je moet die mensen het juiste duwtje in de luie rug geven en dan maar hopen dat ze de goede richting inslaan.

Is dat paternalistisch? Ja, altijd en onontkoombaar, ook als je, zoals minister Bussemaker, een greep doet uit de feministische gereedschapskist, die vrouwen vooruit moet helpen. Maar willen al die vrouwen wel vooruit, en dan ook nog eens in de ‘emancipatierichting’ die Busse­maker voor ogen staat?

‘Vroeger,’ schrijft Bussemaker in haar nota, ‘handelde de overheid vanuit de opvatting dat zij wist wat goed was voor haar burgers. Nu wil de overheid mensen juist stimuleren zelf en met elkaar...