Pop

Ik schrijf dit op de ochtend na de eerste avond van het North Sea Jazz. De ochtend waarop onomstotelijk vaststaat dat Gil Scott-Heron weer eens niet naar Nederland is gekomen. Hij was ‘al een week zoek’, meldde NRC Handelsblad. Misschien oordeel ik te snel, maar ik neem aan dat die zin betekent dat hij nog steeds een junkie is. Iemand zou de – ongetwijfeld zware – taak op zich moeten nemen een documentaire over Gil Scott-Heron te maken. Het gegeven van een man, pardon: een briljant muzikant en tekstdichter, die zo mooi wrang de valkuilen van het zwarte getto beschreef en er uiteindelijk zelf niet aan wist te ontsnappen, kan een klassiek drama opleveren. Met hopelijk een positieve slotscène, maar dat staat in het geheel niet vast.

Op diezelfde ochtend, om kwart over zeven precies, haal ik de nieuwe Prince binnen via het internet. De cd verschijnt niet in de winkel, maar zit die dag bijgesloten bij de Daily Mirror (en een fiks aantal andere Europese dagbladen, maar opmerkelijk...