Beschouwing / Nooteboom over dichtersgraven

‘Aan mensen is door­-gaans niet veel te zien – niet wat ze denken, niet wat er door ze heen gaat,’ zo mijmert Cees Nooteboom als hij in Tumbas het beeld oproept van de jonge Jorge Luis Borges, die in de tram op weg naar zijn werk als bibliothecaris in Buenos Aires dagelijks de Goddelijke komedie van Dante zit te lezen. Het is een waarneming die, voor wie er gevoelig voor is, panische vormen kan aannemen. Wie zijn al die mensen, op straat, in de tram, op bankjes in het park? Waar denken ze aan, wat lezen ze? Er is inderdaad niets aan te zien. Ze zijn allemaal een beetje hetzelfde en allemaal een beetje verschillend. Je kunt ze naast elkaar zien zitten, met een boek of tijdschrift in de hand, zonder dat je ook maar één van hun gedachten kunt lezen.

Tumbas, een boek met essayistische teksten van Nooteboom en prachtige foto’s van zijn vrouw Simone Sassen, confronteert ons met diezelfde ondoorgrondelijkheid als het gaat om...