De nieuwe Murakami

De eerste zin luidt: ‘Vanaf juli van zijn tweede jaar aan de universiteit tot januari van het jaar daarop was er geen moment dat Tsukuru Tazaki niet aan de dood dacht.’ Een jongen van twintig wil dood, dat is een dramatisch begin van een roman. En nieuwsgierigstemmend. Want wat is zo erg dat je op die leeftijd een eind aan je leven wil maken? Tegelijkertijd ligt er al direct geruststelling in die eerste zin besloten door de verledentijdsvorm. Het is een terugblik en even later krijgen we te horen dat Tsukuru er inmiddels zelf ook niet bij kan waarom hij toen zo hardnekkig naar de dood verlangde. Het leven is hem dierbaarder dan de dood, een standspunt dat veel westerse lezers zullen onderschrijven, vertrouwd als ze zijn met (dit rudiment van) de christelijke traditie.

Dat is wel wat anders dan de voor ons meer exotische doodsdrift zoals we die kennen uit het oeuvre van Yukio Mishima (1925-1970), mijn persoonlijke ijkpunt in de Japanse literatuur.

De vitale...