De Aarsman collectie

Zelden was een titel meer op zijn plaats dan bij Hans Aarsmans Ik zie ik zie. Want inderdaad, hij ziet wat jij niet ziet – scherper, méér, beter. Wekelijks staat zijn fotorubriek ‘De Aarsman Collectie’ in de kunstbijlage van de Volkskrant. Nu Aarsman (1951) wat stukken gebundeld heeft, krijg ik scherper in beeld wat mij zo aan zijn fotolezen bevalt. Eerst: zijn keuze van de foto’s is altijd onvoorspelbaar; tezamen vormen ze een venster op een ruime wereld. Maar dan begint het pas: hij kijkt heel precies, is nieuwsgierig, leeft zich optimaal in de situatie en de personen in, stelt de juiste vragen. Komt daarbij dat zijn miniverhalen erg goed geschreven zijn, literair. Over Poetin: ‘Hij heeft de zesde dan judo, halfnaakt struint hij door bossen op zoek naar, ja naar wat.’ De sensatie is alsof je persoonlijk aangesproken wordt door iemand die recht uit het hart vertelt, die niet anders kan.

Niet alleen leert Aarsman je kijken naar waar je blind aan voorbijgegaan...